De slag bij Heiligerlee was een belangrijke gebeurtenis in de Nederlandse geschiedenis. Het was de eerste overwinning van de opstandelingen tegen de Spaanse overheersing in de Tachtigjarige Oorlog. In deze blogpost zullen we kijken naar de aanleiding, het verloop en de gevolgen van deze veldslag. De aanleiding De Tachtigjarige Oorlog begon als een opstand van de Nederlandse gewesten tegen het gezag van koning Filips II van Spanje, die een streng katholiek en centralistisch beleid voerde. De protestantse Nederlanders wilden meer godsdienstvrijheid en autonomie. Willem van Oranje was de leider van de opstandelingen, die ook wel de Geuzen werden genoemd. Hij organiseerde in 1568 een drievoudige inval in de Nederlanden: vanuit het oosten, het zuiden en het noorden. De bedoeling was om het Spaanse leger onder leiding van de hertog van Alva te verdelen en te verslaan. Het verloop De eerste inval, vanuit het oosten, mislukte bij Dalheim op 23 april 1568. Willem van Oranje werd daar verslagen door Alva's troepen. De tweede inval, vanuit het zuiden, werd verhinderd door de Franse koning, die geen steun wilde verlenen aan de opstandelingen. De derde inval, vanuit het noorden, was de enige die succesvol was. Graaf Lodewijk van Nassau, een broer van Willem van Oranje, trok met een leger van ongeveer 4000 huurlingen Groningen binnen. Hij nam het kasteel van Wedde in en rukte op naar Heiligerlee, waar hij zich verschanste. De Spaanse stadhouder van Groningen, graaf Jan van Ligne of Arenberg, ging hem achterna met een leger van ongeveer 3200 soldaten. Hij besloot om Lodewijk aan te vallen op 23 mei 1568, zonder te wachten op versterkingen. Dat bleek een fatale fout te zijn. Lodewijk lokte hem in een hinderlaag en omsingelde hem met zijn cavalerie. De Spanjaarden raakten vast in het drassige terrein en werden overrompeld door de Geuzen. Arenberg sneuvelde tijdens de strijd, net als graaf Adolf van Nassau, een andere broer van Willem van Oranje. De slag duurde ongeveer twee uur en kostte aan de Spanjaarden tussen de 1500 en 2500 man. De Geuzen verloren slechts een vijftigtal man. De gevolgen De slag bij Heiligerlee was een grote morele opsteker voor de opstandelingen. Het was de eerste keer dat ze een Spaans leger konden verslaan. Het gaf hen hoop dat ze hun vrijheid konden bevechten. Het was ook een schok voor Alva, die zijn beste generaal en zijn prestige verloor. Hij reageerde met wraak: hij liet op 5 juni 1568 de graven Egmont en Horne onthoofden in Brussel. Zij waren twee vooraanstaande edelen die zich tegen Filips II hadden gekeerd. De slag bij Heiligerlee wordt vaak gezien als het begin van de Tachtigjarige Oorlog, maar dat is niet helemaal juist. De oorlog begon eigenlijk al eerder, met de Beeldenstorm van 1566 en de komst van Alva in 1567. Bovendien was de slag bij Heiligerlee niet het begin van een reeks overwinningen voor de Geuzen. Integendeel: Alva herstelde snel zijn overmacht en versloeg Lodewijk bij Jemmingen op 21 juli 1568. Het zou nog jaren duren voordat de opstandelingen weer een belangrijke slag zouden winnen